|
|
Tijdens de nacht van vrijdag 4 november 1966, na een uitzonderlijke golf van slecht weer, overstroomde de Arno grote delen van Firenze, zowel het historische centrum als verschillende voorsteden. Twee dagen later, op 6 november, trok het water zich weer terug en bleef de stad achter in een nooit geziene catastrofale situatie: in sommige gebieden stond het water bijna vijf meter hoog. Het Santa Croce Museum, waarin het water een hoogte van vijf meter en twee centimeter bereikte, werd beschreven als 'het epicentrum van de ramp'.
|
|
L'alluvione del 4 novembre 1966, veduta di Piazza del Duomo dal Campanile di Giotto, Firenze
[Fotografo Ivo Bazzechi. Fototeca del Kunsthistorischen Instituts di Firenze] [3]
|
De overstroming van november 1966 in Firenze was een van de ernstigste overstromingen en een van de zwaarste rampen uit de nationale geschiedenis. In totaal viel er 182 millimeter water op één dag, meer dan de regenval van een heel jaar.
De overstroming vond plaats
na een uitzonderlijke golf van slecht weer en veroorzaakte ernstige schade, niet alleen in Firenze maar in een groot deel van Toscane. Firenze wordt in de winter en lente vaak geteisterd door overstromingen, dus iedereen verwachtte aanvankelijk dat de rivier zich in de loop van enkele uren langzaam zou terugtrekken, maar een overstroming van deze omvang had men zeker niet verwacht.
|
Vanaf 1177 tot op heden hebben enkele grote overstromingen Firenze getroffen, vergelijkbaar met die van 1966.
De grootste overstromingen in Firenze vonden plaats op 4 november 1333, waarbij zelfs de Ponte Vecchio wegspoelde, 13 augustus 1547, 13 september 1557, 3 december 1740, 3 november 1844 en 4 november 1966. Door de hele stad verspreid vind je gedenkplaten terug die aangeven hoe hoog het water er tijdens deze historische overstrominge ooit stond.
Toch waren de Florentijnen, en alle Toscanen, niet voorbereid op wat er tijdens de overstroming van 1966 gebeurde. Het stijgende waterniveau van de Arno en van kleinere rivieren in de omgeving wordt wel nauwlettend in de gaten gehouden. Maar het is november, en hevige regenval is niet ongebruikelijk, en niemand maakt zich echt zorgen over een paar herfstbuien, het regent wel vaker deze herfstmaanden.
De Valdarno Superiore is een landschappelijk zeer gevarieerd gebied tussen Arezzo en Firenze. De Arno stroomt er door een bekken tussen twee bergketens van de Apennijnen, de Pratomagno en het Chianti-gebergte. In de nacht van 3 op 4 november overstroomde de rivier in het Casentino en de Valdarno Superiore, en zette haar onstuitbare verwoestende weg stroomafwaarts verder. Toen de overstroming de Toscaanse hoofdstad bereikte, deed ze dat met een onstuitbare kracht en stroomde aan hoge snelheid over de lungarni, de hoge kademuren. Een drie meter hoge golf raasde met een hoge snelheid bu door de straten van Firenze en veranderde de stad in één enkele brede rivier, het water en slib stroomde overal heen, drong huizen, kerken en historische gebouwen binnen en veegde alles weg. In de wijk Santa Croce, op de hoek van de Via San Remigio en de Via dei Neri, herinnert een gedenkplaat aan het hoogste punt dat door de overstroming werd bereikt: 4 meter en 92 centimeter.
Vanaf 9 uur valt de elektriciteit uit en vanaf 10 uur vallen alle telefoonlijnen uit. Om 10 uur bereikte het water het Baptisterium en de Duomo. Firenze was in tweeën gesneden, zonder mogelijkheid tot communicatie tussen de verschillende wijken. Drinkwater was afgesloten, net als gas en elektriciteit.
Er is ook een macaber tafereel: de doodskisten van de verschillende uitvaartcentra, die door het water uit hun uitstalramen zijn bevrijd, zwerven door de straten van de stad.
Vijfendertig mensen verloren het leven, waarvan zeventien in Firenze zelf; veel van de slachtoffers woonden in de wijk Santa Croce.
|
|
Via San Remigio, nella zona altimetricamente più bassa della città, esiste una targa dell'alluvione del 1333 dove una manina scolpita indica il livello raggiunto dalle acque; ancora più in alto la targhetta che ricorda il livello raggiunto dalle acque nel 1966; le targhe sono a circa quattro metri d'altezza
L'alluvione di Firenze del 4 novembre 1966, Ponte Santa Trinità, Santo Spirito |
|
Alluvione di Firenze novembre 1966, la furia dell’Arno al Ponte di Santa Trinità
|
Een lange nacht
In de nacht van 3 op 4 november kwamen burgemeester Piero Bargellini en de prefect van Firenze samen op de Ponte Vecchio en vreesden het ergste voor de stad.
Voor het eerst wordt in Italië het absolute gebrek geconstateerd aan een nationaal systeem dat in staat is om effectief in te grijpen in noodsituaties, en komt de ontoereikendheid van de centrale hulpstructuur aan het licht[5]. Door het ontbreken van een controlenetwerk werd de overstroming van de Arno niet van tevoren aangekondigd en werden de burgers verrast. In de eerste dagen kwam de hulp bijna uitsluitend van vrijwilligers ('de modderengelen') en troepen die in de stad gestationeerd waren. Pas zes dagen na de overstroming is de regering in staat om een georganiseerd hulpnetwerk op te zetten.
|
Piazza Cavalleggeri, Firenze 1966 [L'Archivio fotografico della Biblioteca Nazionale Centrale di Firenze]
|
De fotografen die aan de oevers van de Arno stonden, legden de ontwrichtende kracht van de rivier vast vanaf het moment dat deze voor het eerst de lungarni overstroomde aan de Piazza Piazza dei Cavalleggeri, en documenteerden de beroemdste pleinen en straten die waren veranderd in kolkende rivieren. Ze toonden een verwoeste stad met straten vol modder, puin, omgevallen auto's, boomstammen en takken die door de kracht van het water waren meegevoerd. Uit de samengedreven en opgegraven rotzooi doemt het schrikbeeld van epidemieën op. Wanneer de Arno zich op 6 november 1966 terugtrekt, laat het Firenze in een wanhopige toestand achter. Ook de foto's die in de daaropvolgende dagen genomen worden tonen een verwoeste en onherkenbare stad, bedolven onder 600.000 ton modder.
|
|
Piazza Santa Ceoce, immagini suggestive della città dopo l'alluvione del 4 novembre 1966 [8]
|
|
|
L'alluvione 1966. Immagini suggestive della città dopo l'alluvione del 4 novembre 1966 [8]
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Un uomo aiuta una donna ad attraversare la strada sul Lungarno Pecori Giraldi, Firenze, novembre 1966 [Ansa]
|
Firenze, l'alluvione di 1966 | Santa Croce, het epicentrum van de ramp
|
|
|
Vanaf 1177 tot vandaag hebben acht grote overstromingen Firenze getroffen, vergelijkbaar met die van 1966. In 1938 besloot men om de meest waardevolle boeken in de Nationale Bibliotheek, te beschermen tegen bombardementen, door ze ondergronds in de kelder van de bibliotheek onder te brengen. Maar deze operatie stelde het boekenerfgoed bloot aan een ander, tot dan toe onderschat risico. De Nationale Bibliotheek bevindt zich immers in de wijk Santa Croce, aan de Piazza dei Cavalleggeri, gelegen naast de Arno en in het laagst gelegen deel van het historische centrum van Firenze.
De Arno trad in de vroege ochtend in Firenze buiten haar oevers en binnen een paar uur stonden de Nationale Bibliotheek en het Santa Croce complex volledig onder water. Gedurende de nacht werd de stad verder overspoeld door water, aarde en modder.
|
|
De de Piazza dei Cavalleggeri, gelegen tussen de Lungarno delle Grazie en de Lungarno della Zecca Vecchia
|
Het is 1.30 uur op 4 november 1966 wanneer de Arno buiten zijn oevers treedt ten zuiden van Firenze. Om 2 uur overstroomt de Mugnone en overstroomt de Cascine en het hippodroom. Om drie uur, niet in staat om de tegendruk van de rivier te weerstaan, beginnen de riolen te barsten met stralen tot een meter hoog. Ondertussen brak het water buiten de oevers van de Nave a Rovezzano en overstroomde de Piana di Varlungo en San Salvi. Het drama begint voor de vijftigduizend Florentijnen die in de wijk Gavinana wonen, een van de laagste wijken van de stad, die bijna drie dagen geïsoleerd zullen blijven. In de wijk Santa Croce begon het water de Via de' Benci te overstromen. Tussen vier en vijf uur bereikte het hoogtepunt van de overstroming de Nave di Rosano. De overstroming op de linkeroever is bijna ogenblikkelijk en overspoelt San Niccolò, Santo Spirito en San Frediano met niveaus die aanvankelijk bescheiden zijn, maar binnen een paar uur vier meter bereiken. Op de rechteroever worden de bijdragen van de overstroming van Santa Croce toegevoegd aan die van de overstromingen stroomopwaarts van de stad, wat resulteert in een ingewikkeld kluwen van kolkende stromen. Vervolgens overstroomt de Arno ook in het gebied van de Lungarno Acciaioli en de Lungarno alle Grazie.
Om
6.50 uur stort de borstwering van het Piazza Cavalleggeri in: de verwoestende modderstroom overspoelt de Biblioteca Nazionale Centrale en de wijk Santa Croce, niet veel later, om 07.00 uur komt de drukpers van La Nazione 5 meter onder water te staan en raakt buiten werking. Alleen in de delen die nog intact zijn kan nog de kop gedrukt worden De Arno overstroomt Firenze.
|
|
|
|
|
Marcello Giannini, hoofdredacteur van het Florentijnse kantoor van de RAI dat toen in het centrum van de stad, op het Piazza Santa Maria Maggiorengelegen was, belt de directeur in Rome, maar het nieuws overtuigt het hoofdkantoor niet. Tijdens zijn radio-uitzending besluit hij dan om zijn microfoon buiten het raam te laten hangen en de woede van de Arno die door de straten stroomt live te laten horen: “Hier,” zei Giannini, “ik weet niet of je dit lawaai vanuit Rome kunt horen. Welnu: wat u hoort is geen rivier, maar het is de via Cerretani, het is de via Panzani, het is het historische centrum van Firenze dat wordt overspoeld door water'.[9]
|
|
|
L'alluvione del 4 novembre 1966, Piazza Santa Croce, le lapidi che mostrano il livello dell’acqua [7] Op de hoek van Piazza Santa Croce bevinden zich gedenkstenen voor de overstromingen van 1557 en 1966
|
Het water drong het baptisterium, het Palazzo Vecchio en de kathedraal binnen en veroorzaakte grote schade aan talloze kunstwerken, waaronder de 8.000 schilderijen die in de kelder van het Uffizi en in de restauratieateliers waren opgeslagen. Honderdduizenden boeken in de centrale nationale bibliotheek van Firenzee werden vernietigd of beschadigd. De fotografische archieven verdwenen, waaronder enkele die de enige sporen waren van werken die tijdens de oorlog werden vernietigd of gestolen. Volgens UNESCO werden “meer dan twee miljoen zeldzame en onvervangbare volumes en talloze manuscripten ernstig beschadigd”[10]. De Etruskische collectie van het Nationaal Archeologisch Museum werd volledig vernietigd. In de Basiliek van Santa Croce kwam onder lagen modder en vuil de Crucifix van Cimabue tevoorschijn, een van de belangrijkste schilderijen uit de 13e eeuw. Het was bijna volledig verwoest door het water en werd samen met de Biblioteca Nazionale, het symbool van de overstroming van Firenze in 1966.
|
|
|
|
|
|
Biblioteca Nazionale di Firenze, un'immagine della biblioteca dopo l'alluvione
|
|
Libri e giornali alluvionati nei magazzini della BNCF
|
|
asciugatura di libri alluvionati nella sala di lettura della BNCF
|
|
|
|
|
Op 4 november 1966 overspoelde de Arno de Nationale Centrale Bibliotheek van Firenze, waardoor bijna een miljoen bibliografische eenheden in de kelder, op de begane grond en tussenverdieping van het gebouw onder water kwamen te staan. Naast de kranten- en tijdschriftenbibliotheek werden ook de ongeveer 100.000 volumes van de historische collecties van de bibliotheek zwaar beschadigd, in het bijzonder de grote Palatini formaten, het Magliabechiano fonds en het Miscellanee fonds. Dankzij internationale hulp en experts die vanuit de hele wereld de Florentijnse bevolking kwamen helpen, werd er een restauratiecentrum opgezet om de beschadigde bibliotheekcollecties te herstellen. In de eerste weken na de overstroming werden tonnen boeken uit de modder gehaald, naar veilige plaatsen vervoerd, schoongemaakt en gedroogd.
|
|
L'alluvione 1966. Movimentazione di libri alluvionati nella sala di distribuzione della BNCF [8]
|
|
|
|
|
|
Primi interventi di pulitura dei volumi presso la Biblioteca nazionale
|
|
The 1966 flood of the Arno. Manuscripts from the National Library being washed and dried in the boiler room of the Florence railway station, Florence, 1966
|
|
L'alluvione di Firenze 1966. Lavaggio del fango dai volumi con una pressa per libri
|
Het kruisbeeld van Cimabue
Het kruisbeeld van Cimabue werd het symbool van de verwoestende effecten van de overstroming. Het kruisbeeld, geschilderd in tempera op hout (rond 1272) door een van de belangrijkste schilders van de 13e eeuw, had het grootste deel van zijn verflaag verloren. De eerste actie die werd ondernomen was het verplaatsen van dit kunstwerk van de voormalige refter van Santa Croce naar de Limonaia in de Giardino di Boboli. In 1976 onderging het kruisbeeld een grote restauratie, waarbij het mogelijk was om een deel de restanten van de verflaag te behouden.
|
|
L'alluvione 1966. La scoperta del capolavoro di Cimabue che galleggia sommerso
dall'acqua e imbrattato di fango a Santa Croce, Firenze. Il volontario Salvatore Franchino disperato di fronte al Cristo di Cimabue danneggiato dall'alluvione [Foto Ivo Bazzechi][6]
|
Veel paneelschilderijen raakten ernstig beschadigd doordat het water het hout verzadigde, waardoor de lijm en gesso grondlaag, oplosten. Hierdoor losten ook de kleuren van de schilderijen op. Bovendien zorgde het vocht ervoor dat de schilderijen krompen en barstten of blaren ontwikkelden en dat de verf afschilferde en losliet. Er werden maatregelen genomen om het probleem te stabiliseren door rijstpapier op de aangetaste schilderijen aan te brengen en ze op te slaan in een koele, stabiele omgeving waar de luchtvochtigheid langzaam werd verlaagd. In extreme gevallen werd de verflaag van het hout en de gesso gehaald en opnieuw aangebracht op een nieuwe drager. Nystatine, een schimmelwerend middel, werd op het hout gespoten om te voorkomen dat schimmel zou groeien. Er werden behandelingsfaciliteiten opgezet op locaties zoals het Limonaia in de Boboli-tuin, waar meer dan tweehonderd van deze paneelschilderijen werden gerestaureerd.
Soortgelijke maatregelen waren nodig om canvas schilderijen te conserveren. Eerst werd een origineel doek opnieuw gevoerd en werd er gaas op het beschilderde oppervlak aangebracht, dat vervolgens werd gestreken. Dit proces wordt de rintelatura of “nieuw doek” methode genoemd. Relatief kleine bewerkingen aan het oppervlak werden vaak uitgevoerd met een verscheidenheid aan oplosmiddelen en/of soorten hars.
|
|
L'alluvione 1966. La scoperta del capolavoro di Cimabue che galleggia sommerso
dall'acqua e imbrattato di fango a Santa Croce, Firenze [8]
|
|
|
|
|
|
Il Crocifisso di Cimabue dopo l'alluvione del 4 novembre 1966.
Il crocifisso viene tolto
|
|
Il Crocifisso di Cimabue dopo l'alluvione del 4 novembre 1966.
Trasporto del crocifisso alla limonaia del Giardino di Boboli
|
|
Il Crocifisso di Cimabue dopo l'alluvione del 4 novembre 1966.
Innalzamento della croce
|
|
|
|
|
|
Cimabue, Crocifisso, 1272-1280 circa, tempera e oro su tavola, Santa Croce, sagrestia, Firenze
|
|
L'alluvione 1966. La scoperta del capolavoro di Cimabue che galleggia sommerso dall'acqua e imbrattato di fango a Santa Croce, Firenze [foto Ivo Bazzechi]
|
|
Il Crocifisso di Cimabue dopo l'alluvione del 1966 (Fototeca del Kunsthistorischen Instituts di Firenze)
|
Fresco's
Fresco's vereisen een meer gecompliceerde behandeling. Normaal gesproken laat water, zodra het verdampt is, een laagje restzout achter op het oppervlak van de muur die het heeft opgenomen. In sommige gevallen verdoezelde de resulterende aanslag de geschilderde afbeeldingen. In andere gevallen zorgde de ondoordringbaarheid van het frescopleister ervoor dat het zout vast kwam te zitten onder het oppervlak, waardoor zich bellen vormden en uitbarstten en de verf losliet. De hechting van het pleisterwerk aan de muur was vaak ook ernstig aangetast. Een fresco kon alleen worden losgemaakt als het volledig droog was. Om een fresco te drogen, sneden arbeiders smalle tunnels onder het fresco, waarin verwarmingselementen werden geplaatst om vocht van onderaf aan te zuigen (in plaats van naar buiten, wat de schilderingen nog meer zou hebben beschadigd). Binnen een paar dagen was het fresco klaar om losgemaakt te worden.
Stookolie, waarmee veel geschilderde kunstwerken waren bedekt, werd verwijderd door met Japans tissuepapier een oplosmiddel aan te brengen dat de teer oploste. Vervolgens werd een absorberend middel, zoals talkpoeder, over het zijdepapier verdeeld.
|
|
Basilica di Santa Croce, refettorio, L'Ultima Cena e l'Albero della Vita, del Taddeo Gaddi, dopo l'alluvione del 1966 [Foto di David Lees per lar rivista Life] [3]
|
L'Albero della Vita, Ultima cena en storie sacre (1355) is een groot fresco van Taddeo Gaddi in het refettorio (de refter) van de basiliek van Santa Croce. Het is een van meest indrukwekkende werken van Taddeo Gaddi.
De hele achterwand van de Bovenzaal, bijna als een enorm altaarstuk, wordt in beslag genomen door een complexe geschilderde scène met onder andere het Laatste Avondmaal met daarboven de Kruisiging, met aan weerszijden de Stigmata van Franciscus, en drie heiligenverhalen die met eten te maken hebben. Deze laatste verwijzen naar het primitieve gebruik van de grote ruimte als plaats voor de maaltijd, waar de broeders in stilte aten en werden uitgenodigd tot individuele meditatie.
De schade veroorzaakt door de overstroming van 1966 maakte de verwijdering van het enorme fresco noodzakelijk, wat in oktober 1967 werd uitgevoerd in een van de meest gedurfde operaties in de geschiedenis van de restauratie. Het fresco werd in december 1968 weer teruggeplaatst.
|
|
|
|
|
|
Firenze, Secondo chiostro di Santa Croce, noto anche come “chiostro del Brunelleschi”, alluvione del 4 novembre 1966 [foto di Pierluigi Brunetti}
|
|
Basilica di Santa Croce, refettorio, L'Ultima Cena e l'Albero della Vita, del Taddeo Gaddi, dopo l'alluvione del 1966
|
|
L'Ultima Cena del Vasari dopo l'alluvione del 1966
|
|
Angeli del fango
Het puin, afval en modder waren vervuild met gelekte stookolie . Om ze te elimineren waren weken van opruimwerk nodig. Talloze vrijwilligers die Angeli del Fango (de Engelen van de Modder) werden genoemd, reisden vanuit Italië en het buitenland naar Firenze.
De magazijnen van de Biblioteca Nazionale, vol met waardevolle manuscripten en documenten die volledig onder de modder zaten, moesten worden leeggehaald. In de kerk van Santa Croce, overstroomd door 5 meter water en modder, liep het kruisbeeld van Cimabue onherstelbare schade op doordat de verf afbladderde. Het is slechts gedeeltelijk gerestaureerd.
|
|
L'alluvione di Firenze del 4 novembre 1966, volontari portano dipinti fuori degli Uffizi [5] |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Piazzale Michelangelo [Magnificent View on Ponte Vecchio]
|
|
Piazzale Michelangelo, con veduta del Duomo di Santa Maria del Fiore |
|
Panoramic view from Piazzale Michelangelo on Santa Croce |
|
|
|
|
|
Capella Pazzi
|
|
Le Murate, piazza delle Murate |
|
Panoramic view from Piazzale Michelangelo on Santa Croce |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
La Bellezza Salvata | Firenze 1966-2016 | Tentoonstelling
The Exhibition at Palazzo Medici Riccardi
The exhibition organized 50 years after the Florence flood of 1966, through carefully selected examples, highlights elements of cultural heritage that were victims on November 1966 and of the disastrous effects involved in their retrieval from the waters.
The show have been located in the monumental Palazzo Medici Riccardi complex, where, in 1966, the Medici Museum had its headquarters.
Digital alternative | http://mostre.sba.unifi.it/bellezza-salvata
Catalog
La bellezza salvata Firenze 1966-2016, a cura di Cristina Acidini, Elena Capretti
Map of the Florence Flood
L'Archivio fotografico della Biblioteca Nazionale Centrale di Firenze | | Archivio fotografico | Arno66
Le fotografie che hanno fatto la storia | Il reportage di Balthazar Korab
CEDAF Centro documentazione alluvioni Firenze | Documentazione digitale
Gallerie degli Ufizi | Documentazione dei danni dell'alluvione del 1966
The Kunsthistorisches Institut in Florence | The Flood of 1966 | Santa Croce | Cimabue’s Crucifix
Online tentoonstelling op basis van de uitgebreide inventaris van de fototheek. van het die de dramatische gebeurtenis van november 1966 t in beeld brengt. De foto's zijn veel meer zijn dan louter getuigen van de ramp. Het fotografische oog onthult onverwachte perspectieven van de verwoestingen en verliezen. De verbijsterde verbazing en afschuw van de waarnemer van de vernietigende krachten van de natuur komen tot uiting in deze fotowerken.
Fotograaf Ivo Bazzechi, die de meeste van de hier tentoongestelde foto's maakte, legde zijn indrukken vast tijdens de overstroming. De foto's leggen de situatie tijdens en na de ramp vast, waarbij immense schade werd toegebracht aan straten, pleinen, gebouwen en kunstwerken. Het belangrijkste doel van de hier getoonde collectie foto's is het benadrukken van de schade en vernielingen aan kunstwerken, zoals die in de kerken Santa Maria Novella en Santa Croce, of aan individuele werken, zoals het bijna volledig verwoeste kruisbeeld van Cimabue.
De tentoonstelling in het Kunsthistorisches Institut documenteert de directe nasleep van de overstroming en de gevolgen voor de stad en haar kunstschatten. Het eerste deel toont de schade en vernietiging van de kunstwerken zelf. De tweede selectie illustreert de verwoesting van de stad en haar straten, steegjes, pleinen en huizen.
De meeste van de 80 foto's van de tentoonstelling, gemaakt door Ivo Bazzechi, dateren uit de dramatische dagen na de overstroming.
Archivio della Biblioteca Nazionale Centrale di Firenze | Archivio fotografico | Arno66 | www.arno66ar.it
Bibliography
Eugenio Pucci: Il Diluvio su Firenze. Bonechi Editore, Florenz 1966.
Piero Bargellini, Lelia Cartei Bargellini, Il miracolo di Firenze. I giorni dell'alluvione e gli "angeli del fango", Società Editrice Fiorentina, Firenze, 2006.
Filippo Giovannelli, Giuseppe Sabella, I Colori dell'Alluvione, AB Edizioni, Firenze, 2015, ISBN 978-88-99132-11-8
Franco Mariani, Mattia Lattanzi, Firenze 1966: l'alluvione. Risorgere dal fango - 50 anni dopo: testimonianze, documenti, memorie di una città offesa, Ed. Giunti, Firenze, 2016.
Firenze 1966-2016. La bellezza salvata, a cura di Cristina Acidini ed Elena Capretti, Ed. Sillabe, Livorno, 2016, ISBN 978-88-8347-911-3
Barbara Martusciello, Gli Angeli del Fango per l’Alluvione di Firenze del 1966. Esperienza umanitaria di giovani per salvare Arte e Beni Culturali | Gli Angeli del Fango per l'Alluvione di Firenze del 1966 - art a part of cult(ure)
Erasmo D'Angelis, Angeli del fango. La «meglio gioventù» nella Firenze dell'alluvione , Giunti, 2006,
|
[1] L'opera d'arte fotografata è nel pubblico dominio.
[2] Firenze 1966, l’alluvione e gli angeli del fango | Il 4 novembre l’Arno scatena una delle più pesanti catastrofi della storia nazionale | pdf
[3] Source: UNESCO Archives / Dominique Roger, CC BY-SA 3.0 igo, Lien
[4] Voor het eerst wordt in Italië het absolute gebrek geconstateerd aan een nationaal systeem dat niet alleen in staat is om effectief in te grijpen in noodsituaties, maar ook om het grondgebied rationeel te bewaken door middel van voortdurende voorspellings- en preventieactiviteiten.
Er waren wel hydrometers geïnstalleerd, maar die hadden nog steeds geen waarschuwingsfunctie. Er was geen bewaking, geen informatie, er waren geen noodplannen voorzien.
Wat volledig ontbrak was een cultuur van preventie, maar evenmin was een structuur om dergelijke natuurrampen het hoofd te bieden. De strijdkrachten, hoewel talrijk, opereren zonder fundamentele coördinatie in het veld. Ook tijdens de aardbeving in Belice in 1968 bleek het management van de noodsituatie een complete mislukking door het gebrek aan coördinatie tussen de krachten in het veld.
Pas in 1992 wordt de Civiele Bescherming opgericht, de Protezione Civile.
[5] Questa è una fotografia pubblicata in territorio italiano o ivi realizzata senza essere mai stata pubblicata all'estero[1] ed è nel pubblico dominio poiché il copyright è scaduto. Fonte Fondazione ISEC.
[6] By Ivo Bazzechi - http://www.casasantapia.com/images/art/cimabue/cimabueflood670.jpg, Public Domain, Link
[7] Photo by Andrzej Otr?bski - Own work, CC BY-SA 4.0, Link
[8] Piazza Cavalleggeri, Firenze 1966, foto dall'Archivio fotografico della Biblioteca Nazionale Centrale di Firenze |
Piazza Cavalleggeri, Firenze 1966 | Si vede anché Lungarni visto dai tetti della BNCF.
[9] Carlo Conti, Io che ..., Mondadori, 2011.
[10] « Ch03 », unesco.org via Wikiwix (geraadpleegd 9 oktober 2023).
|
|
|
|