|
|
De Cappelle Medicee (Medici-kapellen) vormen een museum in de Florentijnse basiliek van San Lorenzo. Het museum bestaat hoofdzakelijk uit twee religieuze ruimten: de Cappella dei Principi, gelegen achter de kerk en de Sagrestia Nuova, de nieuwe sacristie, gelegen aan een van de zijden van de kerk. Beide ruimten fungeren als mausoleum voor vooraanstaande familie de' Medici. De San Lorenzo was de parochiekerk van deze familie. Palazzo Medici-Riccardi, een stadspaleis aan de Via Camillo Cavour was het 'palazzo' en de woning van de familie de' Medici. Het ligt dicht bij de Basilica San Lorenzo.
De Sagrestia Nuova die gebouwd werd tussen 1520 en 1534, wordt beschouwd als een van de grootste verwezenlijkingen van Michelangelo.
Leo X (1513-1521) gaf Michelangelo Buonarroti in 1516 zijn eerste louter architectonische opdracht voor de gevel van de San Lorenzo. Michelangelo ontwierp een marmeren gevel, maar dit ontwerp is nooit uitgevoerd. Afgezien van een paar schetsen, is er een mooi houten model van de gevel bewaard gebleven, dat nu te zien is in het Casa Buonarroti. Naast het nooit gerealiseerd ontwerp vroegen kardinaal Giulio de 'Medici en zijn neef paus Leo X Michelangelo een mausoleum te ontwerpen voor de Medici-familieleden. Het was de eerste architectonische werk van Michelangelo. In dit slechts gedeeltelijk uitgevoerde project wist hij architectuur en beeldhouwkunst te verenigen tot een een grandioos geheel.
De beslissing om een nieuwe Medicigrafkapel in de San Lorenzo te bouwen, als pendant van de Oude Sacristie, werd ingegeven door de vroegtijdige dood van twee leden van de' Medici, op wie de hoop van dit geslacht gevestigd was. Giuliano de' Medici, de zoon van Lorenzo il Magnifico en de broer van Leo X, die door de Franse koning in 1514 tot hertog van Nemours was benoemd, stierf in 1516. Slechts drie jaar na Giuliano stierf ook Lorenzo de' Medici, die hertog van Urbino zou worden. Hij was de zoon van Piero de' Medici en neef van Leo X. Met de dood van deze twee Medicihertogen vervloog de hoop op een mannelijke en wettige opvolger van Cosimo il Vecchio, die in directe lijn afstamde van de oudste familietak [6].
|
|
La Sagrestia Nuova, vista con la tomba di Lorenzo duca d’Urbino. Basilica di San Lorenzo, Firenze [2]
|
De bouw van de Nieuwe Sacristie begon in november 1519 met de afbraak van twee aan de noordzijde van de San Lorenzo grenzende huizen. Het jaar daarop bogen Michelangelo en zijn opdrachtgever Giulio de' Medici zich over de vraag of er een vrijstaand grafmonument in het midden van de ruimte moest komen of graven langs de muren. Om liturgische redenen besloot men al snel om de monumenten langs de drie zijden te plaatsen. Tegen de zuidelijke wand tegenover het altaar bevindt zich het dubbelgraf van de Magnifici Lorenzo en Giuliano de' Medici [6].
Elke tombe heeft twee paar liggende mannelijke en vrouwelijke beelden die de tijd van de dag uitbeelden. In het graf van Giuliano staan figuren die de Nacht en de Dag voorstellen. In het graf van Lorenzo staan figuren van de schemering en de dageraad. Boven de tombe en de twee allegorische figuren staat een standbeeld van de hertog. Beide figuren tonen de hertogen zittend en met hun gezicht naar de Madonna con Bambino toe gericht. Het zijn geen levensechte portretten van de overledene, maar afbeeldingen van twee soorten mensen: de dynamische en de reflectieve. Op het verwijt dat de beelden niet gelijkend waren, zou Michelangelo hebben gezegd: “Wie kan het over duizend jaar nog wat schelen hoe ze eruitzagen?”
De graven staan op sokkels die de gebeeldhouwde figuren tot boven ooghoogte tillen.
Toen Michelangelo Firenze in 1534 voorgoed verliet, waren enkel de graven van de hertog van Nemours en de hertog van Urbino klaar. De portretten van Lorenzo en Giuliani waren in de voorziene nissen boven de graftombes gapaatst, maar de vier Allegorieën waren nog niet geplaatst. Pas elf jaar later zou Tribolo de vier figuren op de graftomben plaatsen.
Het werk aan de graven voor Lorenzo il Magnifico en zijn broer vond niet plaats. Op de voorziene plaats staan nu drie andere beelden. Een van de beelden is de Madonna con Bambino van Michelangelo. Het snijwerk van de andere beelden van Cosmas en Damian, de patroonheiligen van de Medici-familie, werd voltooid door twee leerlingen van Michelangelo, Giovanni Angelo Montorsoli (Cosmas) en Raffaello da Montelupo (Damian).
In 1534 verhuisde Michelangelo van Firenze naar Rome, waar hij zich definitief vestigde. Toen hij wegging was de Sagrestia Nuova nog niet voltooid. Pas in 1554 werd het werk aan de Sagrestia Nuova hervat en in 1555 voltooid door Giorgio Vasari en Bartolomeo Ammannati.
|
|
Tomba di Giuliano de Medici, Sagrestia Nuova, Basilica di San Lorenzo, Firenze [2]
|
Tomba di Giuliano de Medici
Ritratto di Giuliano de' Medici duca di Nemours (1526-1534)
Notte (1526-1531)
Giorno (1526-1531)
Tomba di Lorenzo de' Medici
Ritratto di Lorenzo de' Medici duca di Urbino (1525 circa)
Aurora (1524-1527)
Crepuscolo (1524-1531)
|
|
Tomba Lorenzo de' Medici II, Sagrestia Nuova, Basilica di San Lorenzo, Firenze [2]
|
|
|
|
|
|
Michelangelo Buonarroti, Madonna con Bambino, 1521-1534, Sagrestia Nuova, Basilica di San Lorenzo, Firenze
|
|
|
|
Sagrestia Nuova, Basilica di San Lorenzo, Firenze |
La stanza segreta
In 1975 werd tijdens een verkennend onderzoek voor de restauratie van de kapellen van San Lorenzo onder de apsis een kleine ruimte ontdekt met muurtekeningen van Michelangelo. Onderzoek heeft uitgewezen dat deze tekeningen daadwerkelijk zijn gemaakt door Michelangelo, terwijl ze een onbekende of minder bekende gebeurtenis in het leven de grote kunstenaar onthullen.
Enkele tekeningen kunnen verband houden met de beelden en architectuur van de Sagrestia Nuova.
|
|
|
|
|
|
De geheime kamer van Michelangelo Buonarrotti, Basilica di San Lorenzo, Firenze
|
|
La stanza segreta van Michelangelo Buonarrotti, Basilica di San Lorenzo, Firenze |
|
De geheime kamer van Michelangelo Buonarrotti, houtskooltekening van Michelangelo, Basilica di San Lorenzo, Firenze |
De Biblioteca Medicea Laurenziana en de Cappella dei Principia
Een andere paus uit de machtige Medici-dynastie, Clemens VII (Giuliano de 'Medici) gaf Buonarroti de opdracht om de Biblioteca Medicea Laurenziana te bouwen. De Cappella dei Principi werd nog lang daarna gebouwd, onder auspiciën van Ferdinando I (zoon van Cosimo I de 'Medici). De kosten voor die kapel waren zo hoog dat de familie de' Medici nog voor het werk betaalde toen Anna Maria Luisa ,de laatste erfgenaam van de machtige Florentijnse familie, overleed (1743).
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Auguste Rodin
De Italiaanse reis in 1875-76 was een beslissend moment in de loopbaan van Auguste Rodin. Zeer ambitieus, maar nog steeds niet succesvol als onafhankelijk beeldhouwer, werd Rodin in Italië overweldigd door de kunst van Michelangelo. In de Medici-kapel bestudeerde Rodin Michelangelo's sculpturen en maakte er vele schetsen.
In een brief aan zijn partner en veelvuldig model Rose Beuret, schreef hij: “Vanaf het eerste uur dat ik in Firenze ben', schreef hij, 'maak ik studies van Michelangelo, en ik geloof dat de grote tovenaar een paar van zijn geheimen voor mij heeft prijsgegeven."
Later zou Rodin ook schrijven :
«Ma libération de l’académisme a été par Michel-Ange qui m’ayant appris (par l’observation) des règles diamétralement opposées à ce que l’on m’avait appris (l’école d’Ingres) m’a libéré […]. C’est celui qui m’a tendu sa main e puissante. C’est par ce pont que j’ae traversé d’un cercle à l’autre. C’est le puissant Géryon qui m’a transporté.»[3]
In zijn De Denker herkennen we het portret van Lorenzo II.
|
|
|
|
|
|
Tomba Lorenzo de' Medici II, Sagrestia Nuova, Basilica di San Lorenzo, Firenze |
|
Tomba Lorenzo de' Medici II, Sagrestia Nuova, Basilica di San Lorenzo, Firenze |
|
Tomba di Giuliano de Medici, Sagrestia Nuova, Basilica di San Lorenzo, Firenze
|
De Piazzale Michelangelo ligt op een heuvel aan de overkant van de Arno. Het plein biedt een goed uitzicht op de door de rivier in tweeën gedeelde stad, met uitzicht op de Ponte Vecchio, de Santa Maria del Fiore, Uffizi, Santa Croce, het Palazzo Vecchio en de koepel van de Cappelle Medicee.
Centraal op het plein staat een gedenkteken voor Michelangelo met een kopie van zijn David en kopieën van vier symbolische beelden van de graftombes van Giuliano en Lorenzo de Medici: de Nacht (vrouw) en de Dag (man), de Dageraad en de Avondschemering.
Deze kopieën zijn bronzen beelden, die gemaakt werden naar de wit marmeren originelen in d Medici kapel.
Het monument werd op 25 juni 1873 door negen paar ossen naar boven gebracht.
Het plein was aangelegd tijdens de radicale stedenbouwkundige transformatie die Firenze onder leiding van de architect Giuseppe Poggi onderging. Lees hier meer over de aanleg van het plein en de Viale dei Colli.
De Viale dei Colli is een ongeveer 6 km lange panoramische weg die zich uitstrekt van de Porta Romana tot de Ponte San Niccolò en in de korte periode dat Firenze de hoofdstad van Italië was (1865-1871), ontworpen en gerealiseerd werd door Giuseppe Poggi. De Piazzale Michelangelo is opgevat als het hoogtepunt van de Viale dei Colli.
|
|
Till Verellen, Cosmas and Damian in the New Sacristy, Journal of the Warburg and Courtauld Institutes, Vol. 42 (1979), pp. 274-277
Cappelle Medicee | Official website
Piazzale Michelangelo | De Viale dei Colli en de 19e-eeuwse stadsvernieuwing van Firenze
Albert Alhadeff, Michelangelo and the Early Rodin, The Art Bulletin Vol. 45, No. 4 (Dec., 1963), pp. 363-367.
Véronique MATTIUSSI, Auguste Rodin, artiste libre et affranchi, Editions le Cavalier Bleu, 2017
Antoine BOURDELLE, La sculpture et Rodin, Editions d'Art, Parijs 1978
|
[1] Foto di Sailko, licenziato in base ai termini della licenza Creative Commons Attribuzione-Condividi allo stesso modo 3.0 Unported.
[2] Foto di Rufus46, licenziato in base ai termini della licenza Creative Commons Attribuzione-Condividi allo stesso modo 3.0 Unported.
[3] J. Cladel, Rodin. Sa vie glorieuse et inconnue, Paris, Grasset 1936, S. 113; U. Berger, „Befreiung vom Akademismus“. Michelangelo als Vorbild für die Skulptur des 19. und 20. Jahrhunderts, in Der Göttliche. Hommage an Michelangelo, Ausst. Kat., Bundeskunsthalle, Bonn, 2015, hg. von G. Satzinger und S. Schütze, München, Hirmer, 2015, S. 76–89, bes. S. 78–82.
[4] Met - Città Metropolitana di Firenze is licensed under a Creative Commons Attribuzione - Condividi allo stesso modo 3.0 Unported License.
[5] Frank Zöllner C. Thoenes, Michelangelo, 1475-1564, Tashen, 2011, p. 224.
[6] Frank Zöllner C. Thoenes, Michelangelo, 1475-1564, Tashen, 2011, p. 224. De twee overblijvende mannelijke leden van deze tak, paus Leo X en kardinaal Giulio de' Medici, waren beiden gehouden aan het celibaat en mochten –althans officieel – geen nakomelingen hebben, en Alessandro de' Medici was een bastaard
|
|
|