San Gimignano is vooral beroemd om de vele torens die het silhouet van de stad markeren. San Gimignano wordt dan ook wel eens het middeleeuwse Manhatten van Italië genoemd.
Oorsprongkelijk telde deze goed bewaarde middeleeuwse stad 72 torens. Daarvan blijven er nog veertien over. En daarvan staan er vier of vijf aan de Piazza della Cisterna, een van de mooiste pleinen van San Gimignano.
Piazza della Cisterna
Je kan de Piazza della Cisterna betreden langs de Via San Giovannin en de Arco dei Becci. Dit is een van de toegangspoorten in de oudste verdedigingsmuur van de stad. De Arco dei Becci wordt geflankeerd door twee indrukwekkende torens, de Torre dei Becci en Torre dei Cugnanesi. Aan de noordzijde van het plein staat de Torre del Diavolo. Naast Bar Caffè Torre Guelfa staat het Palazzo Tortoli.
Aan de korte zijde van het plein staan de twee belangrijkste torens, de Torri degli Ardinghelli. Deze twee torens van de familie Ardinghelli dateren uit de gouden eeuw van de bouw van San Gimignano, de XIII eeuw, en in het bijzonder aan het einde van de eeuw.
Welfen en de Ghibellijnen
De Welfen en de Ghibellijnen waren twee groepen die in Toscane in de 12e en de 13e eeuw partij kozen voor respectievelijk de paus en de keizer. Dat was tenminste in naam zo want in de praktijk had het vaak meer te maken met lokale rivaliteiten dan met de tegenstellingen tussen pausdom en keizerrijk. Deze rivaliteit leidde tot steeds hogere torens, met aan de Piazza Duomo de twee torens van Salvucci, en aan de Piazza della Cisterna de torens van de familie Ardinghelli. De Piazza della Cisterna is genoemd naar de 13e eeuwse bron in het midden van het plein, die de bewoners van San Gimignano van water voorzag. Rondom de fontein staan interessante middeleeuwse gebouwen en torens.
Een verordening van 1255 verbood particulieren om torens te bouwen die hoger waren dan de toren van Rognosa (die op dat moment het hoogste was).
Ondanks het uitdrukkelijk verbod van 1255 waren deze twee torens hoger dan de bijna 52 meter van Torre Rognosa, de toren van het Palazzo Comunale, in antwoord op de buitengewone hoogte van de twintowers van de rivaliserende familie Salvucci.
Om deze reden werden ze later ingekort.
De twee torens, hoewel beide vierzijdig, zijn behoorlijk verschillend: de rechter is smaller en heeft een meer strikt middeleeuws uiterlijk.
Oorspronkelijk waren deze torens van de rijke familie Ardinghelli, een pausgezinde rijke familie van handelaars. San Gimignano vocht bij de slag bij Montaperti aan de zijde van de Florentijnse Welfen tegen de Sienese Ghibelijnen. In het midden van de 13e eeuw controleerden de Welfen Firenze, terwijl de Ghibellijnen Siena regeerden.
In Firenze, Lucca en San Gimignano overheersten de Guelfen. De Welfen waren pausgezind en verbonden met het Franse koningshuis.
De Ghibellijnen, in Siena, Pisa en Pistoia, waren trouw aan de Duitse keizer. Dit alles leidde tot de aanstelling van een onpartijdige figuur, de podestà die aan het hoofd van het stadsbestuur stond. De podestà kwam vaak van buiten de comune en werd voor zes maanden benoemd met een vaste taakstelling.
Galeria Continua
|