Dit is de vierde scène van de frescocyclus in het Chiostro Grande van de Abdij van Monte Oliveto Maggiore in Asciano. De prachtige frescocyclus over het leven van Benedictus werd in niet minder dan 36 taferelen geschilderd door Luca Signorelli (1495) en Antonio Bazzi (Il Sodoma, 1505).
Signorelli startte de beschildering van de Chiostro Grande in 1495, maar onderbrak zijn prachtige reeks fresco’s om de San Brizio kapel (1499-1503) in de kathedraal van Orvieto te beschilderen.
Il Sodoma vervolledigde de cyclus in de abdij vanaf 1505. De fresco's portretteren belangrijke gebeurtenissen in het leven van Sint-Benedictus op basis van het boek "Dialogen" (Libro II dei Dialoghi) van Gregorius de Grote.
Signorelli begon met gebeurtenissen uit het volwassen leven van Sint Benedictus. Sodoma voltooide de reeks door eerdere en latere gebeurtenissen toe te voegen. De fresco's zijn in chronologische volgorde. Dit is de vierde scene.
De abdij van Subiaco in de vierde scene, Hoe de monnik Romanus de habijt van de kluizenaar aan Benedictus geeft
Het wonder dat in de vorige scène is opgeroepen en Benedictus een populariteit heeft gebracht die hij probeert te ontvluchten, besluit hij de stad te verlaten om zich terug te trekken uit de wereld. We zien hem hier twee keer bedacht: terwijl hij zich van de wallen verwijdert, geeft die traditie aan dat die van Subiaco een ideaal landschap van bosjes en grotten zijn; wanneer hij de kleding verlaat die hij tot dan toe heeft gedragen om de gewoonte van de kluizenaar aan te trekken. Deze wordt hem gegeven door Romain, een eerbiedwaardige monnik met een lange grijze baard, in de buurt van de grot die hij aanwijst om zich terug te trekken. Knielend voor de oude monnik, laat Benedictus, in zijn hemd, zijn kleren op de grond aan zijn rechterkant, zijn hoofd zakken om een ?smetteloze kazuifel aan te trekken, dezelfde die al Romeins gekleed is. De compositie, helemaal verticaal, is gecentreerd rond de twee hoofdpersonen en speelt op het contrast tussen de hiëratische figuur van Romanus gemarkeerd door het oogverblindende laken van zijn jurk, en dat van Benedictus nederig voor hem neigend. Op de achtergrond aan de rechterkant wordt de stad die op een heuvel staat behandeld met veel details, zoals wachters bij de hoofdingang, ruiters die doorgaan op de gletsjer of personages die hun straten bezetten.
|