|
|
Dietisalvi di Speme was een Italiaanse schilder, die werkzaam was in Siena van circa 1250 tot 1291. Het paneelschilderij Madonna in trono col Bambino dankt zijn naam aan de collectie van Marcello Galli-Dunn waarin het zich bevond voordat het in 1906 aan de Sienese pinacoteca geschonken werd.
Madonna Galli-Dunn (Madonna in trono col Bambino), 1265
De Madonna in trono col Bambino werd lang beschouwd als een werk van Guido da Siena, tot Luciano Bellosi de stilistische verschillen tussen Guido en Dietisalvi verduidelijkte en het aan de laatste toeschreef [2]. Het paneel kan oorspronkelijk geplaatst zijn op het hoofdaltaar van de kathedraal van Siena nadat de Madonna degli occhi grossi was verplaatst naar een secundair altaar en vóór de installatie van Duccio's Maestà in 1230 [4].
|
|
|
|
|
Dietisalvi di Speme, Madonna Galli-Dunn (Madonna con Bambino in trono e angeli), Pinacoteca Nazionale, Siena [Alinari, Fratelli — Mostra d'antica arte senese. Siena - Proprietario Cav. M. Galli Dunn. La Madonna col Figlio. (Arte Bizantina.)] [2]
|
|
|
Het type van de Maestà is afgeleid van de Madonna del Bordone van Coppo di Marcovaldo, en geïnspireerd op het Byzantijnse type van de Hodegetria (Grieks: οδηγ?τρια: Zij-die-de-weg-wijst), dat het oudste type icoon van Maria zou zijn. Het is de Madonna die de Kerk symboliseert en de weg naar verlossing wijst, naar Jezus. Vergeleken met het werk van Coppo di Marcovaldo (gedateerd 1261) zijn hier andere vernieuwingen te zien, zoals de grotere zijdelingse spreiding van de benen van Maria en de kleding van het Kind, dat de gewaden van de kleine filosoof heeft geruild voor een minder formele tuniek, die in de taille wordt vastgehouden door een geknoopte sjaal.
De troon is van hout, hij is opvallend gedecoreerd en vertoont een bijna omgekeerd perspectief: de zijkanten, in plaats van op een afstand samen te komen, openen zich als die van een trapezium. Het platform waar Maria haar voeten laat rusten is ook in een intuïtief perspectief geschilderd, maar hier op een bijna realistische manier.
|
|
|
|
|
|
Het decoratieve aspect is weelderig en opzichtig: het oogverblindende blauw, rood en wit worden in de drapering verrijkt door de agèmina techniek, waarbij kleine groeven in de ondergrond gemaakt werden die vervolgens met gouden draden gevuld werden. De aureolen van Jezus en Maria zijn versierd met ovale ringen, nu eens van koper, dan weer van zilver of van bergkristal en die, in het geval van Maria, worden voortgezet in de ronde broche om haar hals, die van hetzelfde materiaal gemaakt lijkt. Ondanks de algemene elegantie hebben de plooien een zekere stijfheid, alsof ze de stof terugbrengen tot geometrische patronen, die de nonchalance van de vallen vereenvoudigen en ritme geven. Om de helderheid te verhogen werden de draperingen ook geretoucheerd met lak en werd de flap van Maria's mouw overgeschilderd met een helder groen dat nu geoxideerd is. Dezelfde techniek is gebruikt in de troon, bijvoorbeeld in de keizerlijke adelaars die in de medaillons van de troon geschilderd werden.
Jezus zegent op de Griekse manier, met opgeheven pink, en kruist zijn benen, net als in de Maestà di San Domenico van Guido da Siena, die duidelijk van deze is afgeleid (en niet andersom zoals lang werd aangenomen). De dikke lokken van zijn haar verwijzen rechtstreeks naar Coppo.
De bekroning van het paneel heeft een klaverbladvormige boog, waarachter twee kleine engeltjes staan. Het paneel wordt vervolgens omsloten door een originele omlijsting met vergulde decoraties en kleine bloemen in reliëf op een blauwe achtergrond.
|
|
Dietisalvi di Speme, Madonna Galli-Dunn, particolare, 1265, tempera e oro su tavola, 120 × 70 cm, Pinacoteca Nazionale, Siena [4]
|
De Madonna Galli-Dunn is gedateerd kort na de Madonna di San Bernardino uit 1262, waarin al een voorliefde spreekt voor verblindende kleuren en intense tinten, voor een opzichtige en overvloedige versiering met bergkristallen en geëmailleerde stenen in de aureolen, in Maria's diadeem en de rand van de troon.
Vergeleken met dit werk heeft de Galli-Dunn Madonna een strengere setting, die beter past bij de ingetogen droefheid van Maria, die het lot van haar zoon voorspelt.
Luciano Bellosi, in 1991, prees Dietisalvi di Speme door te verwijzen naar enkele belangrijke werken op paneel die heen en weer schommelden tussen zijn naam en die van Guido da Siena. Dit zijn onder andere de Madonna di San Bernardino, gedateerd 1262, de Madonna met kind in het Staatsmuseum voor Middeleeuwse en Moderne Kunst in Arezzo, de Galli-Dunn Madonna en de Madonna del Voto, die bestemd was voor een altaar in de kathedraal van Siena. In deze werken is een geleidelijke onthechting te zien van de invloeden van Coppo di Marcovaldo, Dietisalvi was op zoek naar een grotere lichamelijke expressie en een meer verfijnd kleurgebruik.
Alle origini della pittura senese
|
|
|
De Madonna del Bordone die zich in de Chiesa dei Servi in Siena bevindt, is een van de belangrijkste schilderijen uit de kunstgeschiedenis. Coppo di Marcovaldo was de belangrijkste Florentijnse schilder vóór Cimabue, en ook een van de grootste van zijn tijd, en in dit schilderij, gesigneerd en gedateerd 1261, probeert de auteur voor het eerst te breken met de Byzantijnse traditie. Hij probeert de Madonna volume te geven met een resultaat dat vernieuwend was voor de schilders die geïnspireerd en beïnvloed waren door de Byzantijnse kunst. Dit is een eerste poging, wat goed te zien is aan de draperingen waarmee de schilder de toeschouwer wil laten begrijpen dat er onder de gewaden een levend lichaam schuilgaat. Deze draperingen zijn zeker nog wat hoekig en onrealistisch geschilderd, maar vóór hem had niemand dit niveau bereikt...
De draperingen zijn versierd met een techniek die bekend staat als agèmina: er werden kleine groeven gemaakt die vervolgens werden gevuld met gouden draden. We zien hier inderdaad de gouden strepen die het verloop van de drapering creëren en volgen, en we vinden ze die ook terug in andere werken van Coppo di Marcovaldo. Dietisalvi di Speme gebruikt deze techniek van agèmina ook in zijn Madonna Galli-Dunn. |
Coppo di Marcovaldo, Madonna del Bordone,Siena, Chiesa dei Servi, 1261
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Guido da Siena, Maestà, c. 1270, tempera e oro su tavola, 283 x 194 cm, Chiesa di San Domenico, Siena
|
|
Dietisalvi di Speme, Madonna di San Bernardino, 142 × 100 cm, tempera e oro su tavola, Pinacoteca nazionale, Siena
|
|
Dietisalvi di Speme, La Madonna del Voto, 1267, kathedraal van Siena
|
|
Arte in Toscana | Dietisalvi di Speme e Guido da Siena, Dossale di Badia Ardenga
Bibliografia
Duccio. Alle origini della pittura senese, catalogo della mostra (Siena 2003-2004), Silvana, Milano 2003. ISBN 88-8215-483-1
AA.VV., Duccio, Simone, Pietro, Ambrogio e la grande stagione della pittura senese, Betti editrice, Siena 2012. ISBN 978-88-7576-259-9
[1] Publiek domein. Quest'opera è nel pubblico dominio. Fonte: Art in Tuscany People and places[www.aiwaz.net/panopticon/dietisalvi-di-speme]
[2] Fonte: © Copyright Università di Bologna | La Fondazione Federico Zeri, foto licenziato in base ai termini della licenza Creative Commons Attribuzione-Condividi allo stesso modo 4.0 Internazionale.
[3] Photo by Traveling in Tuscany © Copyright All rights reserved
[4] Guide artistique de la Province de Sienne | Guido da Siena or Dietisalvi di Speme, “Madonna in trono col Bambino”
|
|
|