|
|
« Costui fu discepolo dello Angelico fra' Giovanni, e a ragione amato da lui, e da chi lo conobbe tenuto pratico
di grandissima invenzione, e molto copioso negli animali, nelle prospettive, né paesi e negli ornamenti »
Giorgio Vasari |
Benozzo Gozzoli (Firenze 1420-21 - Pistoia 1497) was een van de meest representatieve en productieve kunstenaars van de Italiaanse vijftiende eeuw, het quatrocento.
Hij was een leerling van twee van de grootste kunstenaars van die eeuw, Lorenzo Ghiberti en Fra Angelico. Met Ghiberti werkte hij samen aan de Porta del Paradiso van het Baptistero van Firenze, met Beato Angelico werkte hij aan de fresco's in het klooster van San Marco in Firenze, de San Brizio kapel in Orvieto en de Niccolina-kapel in het Vaticaan.
Gozzoli werkte zelfstandig
in Montefalco in Umbrië (1450-52), vervolgens in Viterbo (1453), Perugia (1456) en Rome. In 1458 keerde hij terug naar Firenze, waar hij de kapel van het Palazzo Medici Riccardi met fresco's beschilderde. In 1463 werkte hij in San Gimignano aan een cyclus van 17 scènes uit het leven van St. Augustinus en aan een fresco van St. Sebastian (1464). Tussen 1469 en 1485 schilderde hij zijn meest ambitieuze opdracht, een serie van 25 fresco's met scenes uit het oude testament voor het Campo Santo (begraafplaats) in Pisa.
Als geen andere bereikte hij in zijn schilderijen een evenwicht tussne natuur en spiritualiteit.
Met zijn realistische weergave van landschappen en levendige menselijke portretten geldt hij als een van de invloedrijkste schilders van zijn tijd.
|
|
Benozzo Gozzoli, La Cappella dei Magi, Viaggio dei Magi (dettaglio, autoritratto di Benozzo Gozzoli), (1459 - 1462), Palazzo Medici-Riccardi, Firenze
|
|
|
|
|
|
Benozzo Gozzoli, ook bekend onder de naam Benozzo di Lese de Sandro Alessio, werd rond 1420 geboren in het dorp Sant'Ilario in Colombano, vlakbij Badia a Settimo, Scandicci. In 1427 verhuisde hij met zijn gezin naar Firenze. Zijn grootvader was een wolhandelaar, zijn vader een kleermaker.
Hij werd hij in 1568 voor het eerst genoemd onder de naam Ghozzolo, de naam van het deel van de familie dat op het platteland was gebleven. Daarvoor was hij bekend onder de naam van zijn vader, di Lese de Sandro.
Tussen 1430 en 1440 werkten in Firenze beroemde en vernieuwende schilders als Fra 'Angelico, Filippo Lippi, Paolo Uccello, Domenico Veneziano en Piero della Francesca. Benozzo was eerst een leerling en later een medewerker van Fra Angelico, met wie hij op plaatsen in Firenze, in Rome en Orvieto werkte. In chronologische volgorde waren dat het San Marco klooster te Firenze (1445), de kapel voor paus Nicolaas V in het Vaticaan (1447) en de kapel van San Brizio in Orvieto (1448).
Later verhuisde Benozzo Gozzoli naar Montefalco, in Umbrië, waar hij zijn activiteit als een onafhankelijk schilder begon. Artistiek volledig ontplooid verhuist hij opnieuw, eerst naar Perugia en vervolgens opnieuw naar Firenze, de hoofdstad van de renaissancekunst. Vanuit Firenze heeft Gozzoli in de belangrijkste Toscaanse steden gewerkt, waaronder Volterra, Pisa en San Gimignano.
Na een leven in dienst van een uitzonderlijke artistieke productie, stierf Benozzo Gozzoli op 4 oktober 1497 in Pistoia, waar zijn zoons woonden. Hij was waarschijnlijk getroffen door de pest. Hij werd begraven in het dominicanenklooster in Pistoia.
In 1478, als teken van hun achting, hadden de autoriteiten van Pisa hem een tombe gegeven in de Campo Santo.
|
Benozzo Gozzoli, zelfportretten
|
|
|
|
|
|
|
|
Autoritratto (Opus Benotii) nella
Cappella dei Magi, Firenze
|
|
Cappella dei magi, secondo autoritratto di Benozzo Gozzoli |
|
Benozzo ritrasse alcuni personaggi della sfera mondana ed ecclesiastica contemporanei al dipinto Il viaggio di Agostino da Roma per Milano (scena 7); nel personaggio al margine destro vestito con abito rosso effigiò, inoltre, il proprio ritratto.
|
In Firenze
Zijn eerste individuele werken maakte hij in de S. Fortunato, een altaarstuk van de Madonna del Cintola. In 1459 werd Gozzoli gevraagd door Piero di Cosimo de' Medici om de privékapel van het Palazzo Medici te decoreren. Gozzoli gebruikte voor deze frescocyclus dezelfde beeldspraak als Gentile de Fabriano in zijn altaarstuk met als onderwerp de aanbidding van de drie wijzen uit 1423. Hij spreidde het echter uit over drie muren en liet de processies eindigen bij de ster boven het hoofdaltaar.
|
|
Benozzo Gozzoli, La Cappella dei Magi, Viaggio dei Magi, (1459 - 1462), Palazzo Medici-Riccardi, Firenze
De oostelijke muur: de processie wordt geleid doorLorenzo il Magnifico, gevolgd door zijn vader Piero en zijn grootvader Cosimo il Vecchio; achter hen de optocht van illustere Florentijnen
|
In San Gimignano
In het koor van de chiesa di Sant'Agostino in San Gimignano schilderde Benozzo de cyclus met de verhalen over het leven van St. Augustinus, in opdracht van Fra 'Domenico Strambi, een geleerde augustijner monnik, in 1464. In datzelfde jaar besloten de Augustijnen om in het centrale middenschip van de kerk een votief fresco met de heilige San Sebastiano te laten schilderen.
Het interieur van de kerk is mooi gerenoveerd en bevat enkele mooie fresco's van o.a. Lippo Memmi en Bartolo di Fredi, en een altaarstuk van Piero del Pollaiuolo. De belangrijkste fresco's zijn ongetwijfeld de zeventien fresco's die Benozzo Gozzoli tussen 1463 en 1467 schilderde rond het hoofdaltaar en die het leven van Sint-Augustinus uitbeelden.
|
|
Benozzo Gozzoli, Storie di San Francesco, ciclo di affreschi, 1452, affresco, 304 x 220 cm, Chiesa di San Francesco, Montefalco
|
Tijdens de zomer van 1464 verwoestte de pest San Gimignano. Ter ere van San Sebastiano, kreeg Benozzo de opdracht in een tijdsbestek van anderhalf jaar twee fresco's van de patroonheilige tegen de ziekte te realiseren, een fresco in chiesa di Sant'Agostino en een fresco in de Pieve (vandaag de Collegiate).
Met de hulp van zijn assistenten schilderde Benozzo in zestien dagen in Sant'Agostino de eerste grote muurschildering op het altaar in het middenschip, gewijd aan de martelaar, een bewijs van de urgentie van de commissie.
Het schilderij heeft een bijzondere iconografie. In plaats van de gebruikelijke afbeelding van Sebastiaan die bijna naakt met pijlen doorboord wordt, is de heilige gekleed in een blauwe mantel, zoals de Madonna della Misericordia doorgaans afgebeeld wordt. Onder de mantel schuilen de bewoners van de stad. Enkele belangrijke notabelen worden hier geportretteerd.
Benozzo verbleef ongeveer vier jaar in San Gimignano en na het werk aan de fresco's in het koor van Sant' Agostino woonde hij in het huis van Bartolo Mainardi, hoofd van één van de meest prestigieuze families van San Gimignano en de vader van Sebastiano Mainardi, leerling en latere schoonzoon van Domenico Ghirlandaio.[2] |
|
Benozzo Gozzoli, San Sebastiano, 1464
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Benozzo Gozzoli, Pala di Sant’Andrea, Madonno col Bombino e due ongeli tra I sonti Andrea e Prospero |
|
Benozzo Gozzoli, San Sebastiano, Chiesa di Sant'Agostino
|
|
Martyrdom of Saint Sebastian in Duomo of San Gimignano
|
|
|
|
|
|
In Umbrië werd zijn kunst verrijkt met de ideeënwereld en de schilderijen van lokale kunstenaars als Boccati en Bonfigli, maar vooral van Domenico Veneziano. Van 1450 tot 1452 werkte hij in Montefalco in de kerken San Fortunato en San Francesco.
Montefalco
In de Pieve di San Fortunato schilderede Gozzoli een frescocyclus over het leven van Franciscus schilderde, en het prachtige altaarstuk Madonna Della Cintola, dat nu in het Vaticaan wordt bewaard.
|
|
Benozzo Gozzoli, Storie di San Francesco, ciclo di affreschi, 1452, Montefalco, chiesa di San Francesco
|
|
|
|
|
|
In Pisa (1467 - 1495)
Tussen 1469 en 1484 werkte hij aan een frescocyclus met scènes uit het Oude Testament, aan het Camposanto te Pisa, deze is echter grotendeels vernield tijdens een bombardement in 1944.
|
|
Benozzo Gozzoli, Storie del Vecchio e Nuovo testamento, Vendemmia ed ebrezza di Noè, (foto Alinari 1890 ca.), Camposanto, Pisa
|
|
|
|
|
Benozzo Gozzoli, Storie del Vecchio e Nuovo testamento, Vendemmia ed ebrezza di Noè, Camposanto, Pisa
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Enkele werken
Storie della vita di Sant'Agostino, Sant' Agostino, Cappella del Coro, San Gimignano
Saint Sebastian, Sant' Agostino, San Gimignano
La Cappella dei Magii nel Palazzo Medici Riccardi a Firenze. (1459-60)
Storie della vita di San Francesco nel Convento di San Fortunato in Montefalco (1450-52)
La Madonna della cintola
|
|
|
|
|
|
Benozzo Gozzoli, Pala di Sant’Andrea, Madonno col Bombino e due ongeli tra I sonti Andrea e Prospero |
|
Benozzo Gozzoli, Madonna con Bambino, due angeli e i santi Maria Maddalena, Giovanni Battista, Agostino e Marta, tempera su tavola, 1466- 1467
|
|
Benozzo Gozzoli, Madonna della Cintola 1450, Pinacoteca, Vatican
|
BEGO
Situato in Via Testaferrata, a pochi passi dalla stazione ferroviaria e dal centro storico di Castelfiorentino, BEGO è il museo dedicato a Benozzo Gozzoli, e raccoglie gli affreschi e le sinopie di due monumentali tabernacoli affrescati dal Benozzo Gozzoli nel territorio di Castelfiorentino: il Tabernacolo della Madonna della Tosse, affrescato nel 1484 e il Tabernacolo della Visitazione affrescato nel 1491.
Una scheda di catalogo | www.polomuseale.firenze.it
|
Het vakantiehuis Podere Santa Pia bevindt zich in het zuiden van Toscane, in het hartje van de Toscaanse Maremma, op 30 km van Montalcino. Podere Santa Pia is is een prachtige voormalige klein kloosterboerderij uit de 19e eeuw. Het vakeantiehuis ligt op een heuvel, omgeven door wijngaarden, bossen van kurkeik, es en jeneverbesstruiken. Na een halve eeuw van verval werd het voormalige kleine klooster gerestaureerd tot een authentiekee vakantiewoning, met groot respect voor de originele Toscaanse stijl. De originele terracottavloeren houten balken en typische arcade's ademen de sfeer van een voorbije tijd. Maar het eenvoudige interieur en de minimalistische ingrepen sluiten perfect aan bij de eenvoud van de Toscaanse landhuizen van weleer. Een mooie selectie hedendaagse grafiek van kunstenaars als Jürgen Partenheimer, Ronald Noorman, Philippe Vandenberg en Hanns Shimansky maken deze woning tot een hoogstaand vakantieverbijf in de nog ongerepte Maremma.
Case vacanza in Toscana | Podere Santa Pia
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
San Gimignano, view from the Torre Grossa
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Podere Santa Pia, situata sulle splendide colline del valle d'Ombrone nel cuore della Maremma
|
|
|
|
|
|
[1] Foto: AA.VV., Palazzo Medici Riccardi e la Cappella Benozzo Gozzoli, Biblioteca de "Lo Studiolo", Becocci/ Scala, Firenze, Pubblico dominio, Collegamento
[2] Serena Nocentini, Madonna in trono col Bambino tra i santi Giovanni Battista, Maria Maddalena, Agostino e Marta e Madonna dell’umilità tra i santi Andrea e Prospero | www.brunelleschi.imss.fi.it
|
Dit artikel maakte ook geburik van Benozzo Gozzoli beschikbaar onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen
|
|
|