De Madonna dagli occhi grossi (Madonna met de grote ogen) van de Maestro di Tressa, wordt bewaard in het Museo dell'Opera del Duomo in Siena.Het is het oudste geschilderde beeld van de Maagd Maria in de Siënese kunst. Het was voor dit beeld waarvoor de Siënese bevolking, vóór de zegevierende slag van Montaperti op de Florentijnen op 4 september 1260, een gebed uitsprak om de stad toe te vertrouwen aan de Maagd. Heit paneel werd door Edward Garrison toegeschreven aan de Maestro di Tressa, de belangrijkste schilder van de eerste helft van de 13e eeuw in Siena [2].
Een kleine geschiedenis
Op de vooravond van 4 september 1260 legden de Siënezen, onder leiding van de podestà Bonaguida Lucari, een plechtige gelofte af voor de Madonna van het hoofdaltaar van de Duomo om har te vragende stad bescherming te bieden tijdens de naderende slag bij Montaperti.
De populaire naam van het schilderij is niet afgeleid van de ogen van de Maagd, maar van de ronde ex-voto's die om haar heen hingen. Er zijn aanwijzingen dat het paneel vroeger groter was en verzaagd werd om in een later altaar te passen. Het had waarschijnlijk de vorm van een dossaal, met verhalen uit het leven van Maria op de zijkanten, vergelijkbaar met de Paliotto del Salvatore (Paliotto van de Verlosser), van dezelfde kunstenaar.
Het is een voorstelling van de Maestà volgens het nog eenvoudigere, frontale schema dat geassocieerd wordt met Romaanse kunst. Maria zit op een houten troon zonder rugleuning, opgebouwd uit overlappende banden en culminerend in het rode cilindrische kussen; de enige uitzondering op het frontale schema is het platform, dat naar links helt in een rudimentaire axonometrische voorstelling. Op haar schoot houdt Maria haar kind, dat lijkt op een kleine antieke filosoof, gehuld in een toga en met een typisch Byzantijnse boekrol in de hand. De rechterhand heeft drie verbonden vingers (die de heilige drie-eenheid voorstellen) en twee gescheiden vingers (die de goddelijke en menselijke natuur van Christus voorstellen). Hun halo's en sommige details van de troon zijn verrijkt met reliëfinzetten in pastille, in navolging van metalen iconen die verrijkt zijn met bezels. De centrale figuur zelf is lichtjes in reliëf en wordt gedomineerd door heldere basiskleuren. Het frame heeft ook reliëfmotieven.
Aan de zijkanten, bovenaan, wordt de lege ruimte opgevuld door twee engelen met amforen, symmetrisch maar verschillend in de kleur van hun gewaden en andere kleine details.
Maestro di Tressa
Werken
Paliotto del Salvatore, datato 1215, è la più antica opera documentata della scuola senese; Siena, Pinacoteca nazionale, n. 1
Madonna dagli occhi grossi, 1225 circa, Siena, Museo dell'Opera del Duomo
Due tavole con Storie di san Giovanni Battista, ubicazione ignota, già parte di un dossale
Madonna di Tressa, 1235 circa, Siena, Museo diocesano, proviene dalla chiesa di Santa Maria a Tressa nei pressi di Siena
Madonna col Bambino, 1240 circa, Siena, collezione Chigi Saracini
|